Het is weer een roerige tijd zo begin 2014. Een geliefd politica, Mevr.
Els Borst is waarschijnlijk door een misdrijf om het leven gebracht. De juiste
toedracht van dit misdrijf is nog een raadsel. Wie schetst mijn verbazing dat in
de krant te lezen staat, dat het de vergelding van God is, voor de
euthanasiewet die ze als minister van Volksgezondheid heeft gemaakt en die op
democratische wijze is aangenomen. Deze wetten worden altijd met de grootst
mogelijke zorg voorbereid, waarna de beslissingen worden genomen. Het is een
dominee van de herstel hervormde kerk, die haar zo als het ware een trap
nageeft. Voor mij is het onbegrijpelijk dat een Christelijke kerk, die het woord
Christen gebruikt en de mond vol heeft over naastenliefde zo kan reageren.
Natuurlijk het zal wel weer een eenling zijn, maar toch....
Een dergelijke situatie hebben we binnen de katholieke kerk gehad, waar het
Aidsprobleem in Afrika werd gezien als straf van God voor onzedelijk
gedrag. Steeds weer worden rampen door kerken gezien als gesel van God, met in
het achterhoofd.... daar heb je het zelf naar gemaakt. Het lijkt wel of het
instituut kerk steeds weer een stok achter de deur wil hebben om zijn volgers in
het gareel te houden. Het is allemaal al begonnen met het feit dat ons is
wijsgemaakt dat we met een erfzonde en nog veel meer kwaads zijn geboren en we
krijgen daar de wetenschap bij dat het niet of nauwelijks mogelijk is om daar
vanaf te komen. Ja, wellicht als we leven naar de regeltjes van de kerkdespoten.
Eigenlijk is er de laatste eeuwen weinig veranderd. Rond de jaren van Darwin,
was het al hetzelfde. In een boek: "Darwin of God, een broedertwist" schrijft de
Amerikaanse filosoof Michael Ruse over de haat en de nijd die de evolutietheorie
binnen de godsdiensten heeft teweeggebracht. Niet dat Darwin een godsdienst
afviel of een nieuwe godsdienst maakte, maar alleen het feit al dat men een
probleem had met de gevestigde gedachten over de schepping bracht vele
wetenschappers in opperste verwarring en ook agressie. Het leidde ertoe dat
Darwin zelfs bijna te laat met zijn verhaal naar buiten kwam (gelukkig nog net
op tijd voordat een ander zijn ideeën wegkaapte).
Tot slot zou ik willen zeggen: Wie zijn eigen weg gaat kan door niemand worden
ingehaald!!
De patient en zijn mondigheid.
Er is iets merkwaardigs aan de hand als een
mens naar de dokter gaat of naar het ziekenhuis. Zijn kritische houding of het
feit dat hij meestal in belangrijke zaken meedenkt lijkt ineens veel minder te
zijn of zelfs nagenoeg te verdwijnen. Veel dingen die hij vooraf heeft bedacht
vergeet hij te vragen. Het lijkt wel of hij een soort waas over zich heen
krijgt. Wellicht heeft het mede te maken met het feit dat hij denkt lastig
gevonden te worden of veeleisend. In ieder geval kan het leiden tot een tekort
aan zorg, die dan mede een beetje door jezelf veroorzaakt wordt.
Volgens het Rathenau instituut ligt het ook aan de organisatie in het
ziekenhuis / de medische wereld. De zorgprofessionals staan hier centraal. Er is
weinig ruimte voor een eigen bijdrage van de patiënt. De zorgprofessionals staan
waarschijnlijk ook in het algemeen niet echt open voor meedenken over diagnoses,
procedures en behandelingen. Het voornoemde instituut meldt dat de medische
wereld meer informatie zou krijgen uit klachtenbureaus en ervaringen van
patiënten dan uit vele goedbedoelde enquêtes.
Alhoewel ik zelf niet zo vaak gebruik hoef
te maken van medische voorzieningen (gelukkig maar), heb ik bij binnenkomst als
patiënt in het ziekenhuis ook wel gevoeld dat je dan anders tegenover je
collega's staat als dat je bijvoorbeeld als docent of anderszins in het ziekenhuis bent.
Ziekenhuizen moeten goed naar de patiënten luisteren, zeker als het om klachten
gaat. Er is al een duidelijke trend dat zorgverleners meer de tijd nemen om te
praten over diagnose, behandeling en therapie. Voor de kwetsbaren onder ons is
het verstandig je partner of iemand anders als "tweede oor" mee te nemen om
goed te horen wat er wordt gezegd en die vragen te stellen die je als patiënt
vergeet te stellen.
Al vaker heb ik geschreven over diëten. op dit moment in maart 2014 heeft men weer iets nieuws in dit kader bedacht: supervoeding. Het wordt becommentarieerd door Prof. van Kinsbergen.
Superfoods, we schijnen het te moeten verwoorden in de Engelse taal, zijn
bijzondere voedingen, waarin "wondermiddelen" als gojibessen, hennepzaden,
tarwegraspoeders etc. verwerkt zijn. We hebben Montignac, antioxidantenvoeding
etc. gehad en zijn dus nu bij de superfoods beland. Wat maakt het zo
aantrekkelijk om al deze onzin te promoten?
De richtlijnen voor goede voeding zijn door de Gezondheidsraad vastgesteld. Ze
zijn sinds 2006 nauwelijks veranderd. De kern is: gevarieerd eten, matigheid,
voldoende fruit en groente en niet teveel zout, alcohol en verzadigde vetzuren.
En.....voldoende bewegen!!! Het blijkt dat nog geen 5% van de Nederlanders zich
aan deze toch duidelijke richtlijn houdt. Toch constateert men dat men te zwaar
is en men gaat op zoek naar een mentaal houvast. Een dieet biedt een soort
instantoplossing en men hoeft dan niet verder te zoeken (denkt men) naar
de onderliggende oorzaak: spanning op het werk, gezinsproblematiek,
psychosociaal lijden etc.
Het fnuikende is dat elk dieet in eerste instantie helpt. Niet omdat het werkt,
maar omdat men bewust bezig is met zijn/haar eetgewoonte. Na verloop van tijd
dooft de belangstelling uit en gaat het effect verloren.
In principe kan een dieet geen kwaad, tenzij het in extremo wordt doorgevoerd
(men ziet dit wel bij mensen die voor alles allergisch zijn en zo onvoldoende
voedingsstoffen binnenkrijgen). Huisartsen moeten bij een vraag naar een
bijzonder dieet standaard verder vragen om de werkelijke reden van de vraag te
achterhalen. Een poging om een leefstijlveranderingstraject met de patiënt in te
gaan is moedig maar vaak moeilijk te realiseren. Verder moet de mens zich
blijven realiseren dat diëten meestal berusten op geldklopperij.
Een van de moeilijkste keuzes in het leven is of je iets los moet laten of nog meer moet
proberen.
Over seksuele intimidatie gaat het relatief
vrij vaak bij de intervisie van de geneeskundestudenten. Ik heb me de laatste
jaren afgevraagd wat daar de reden van zou kunnen zijn. Is het feit dat er
relatief veel dames in de studie ingestroomd zijn een reden, of lijken de normen
t.a.v. dit fenomeen veranderd te zijn? Natuurlijk dit fenomeen heeft altijd
bestaan, maar ik had het idee dat er wel erg veel en wellicht te veel aandacht
aan werd besteed. Ook had ik het gevoel dat de drempel waarbij men zich
gekwetst voelde soms wel erg laag was.
Recent werd naar aanleiding van een studie uit Groningen over dit fenomeen
bekend dat co-assistenten een andere kijk hebben op "seksuele intimidatie" dan
artsen. Het onderwerp werd gefocust op een 5 tal situaties en werd uitgevoerd in
een cohort met 77% vrouwen. Het blijkt dat er niet alleen onderling bij
studenten verschillen bestaan in het gevoel van geïntimideerd worden maar ook
tussen studenten en artsen. Het is dus heel lastig om soms te beoordelen wat nog
wel kan en wat niet.
Men pleit voor onderlinge sessies om boven water te krijgen wat er in een bepaalde groep wel en niet tolerabel is, en dat lijkt me een goed initiatief. Het gaat natuurlijk niet over uitgesproken gevallen, die zijn voor ieder duidelijk en hierop moet direct adequaat gereageerd worden.
Volg je droom - 10 hele goede redenen (Mark Verhees)
Dit thema kwam ik zomaar eens tegen. Door aanklikken vind je de website op internet, ik geef hier slechts een korte weergave.
Het gaat hier niet om de dromen 's nachts, die vaak weinig betekenen. Het gaat hier over wensen die (nog) niet in vervulling zijn gegaan, en waar we een beetje naar verlangen. We moeten ze waar proberen te maken. Het geeft een doel aan ons leven en wellicht kunnen we er langer en wat plezieriger door leven.
Er zijn vele mooie redenen om echt je droom te volgen. 10 redenen die ik zelf ervaar en die ik ook terugzie bij anderen die hun droom volgen.
(Mark Verhees)
Als screening een doel dient waar iets beter van wordt, dan ben ik daar helemaal voor. De laatste tijd echter tref ik steeds meer screening aan in het kader van protocollen en regeltjesgeving en daar wordt ik behoorlijk zenuwachtig van/kwaad over. Zo las ik dat huisartsen steeds vaker een preventief bezoek bij ouderen afleggen om toekomstige problemen voor te zijn. Of je doet dat steekproefsgewijs,of je maakt op grond van bepaalde kenmerken al onderscheid. Maar welke kenmerken? Deze zijn na onderzoek nog onduidelijk. Men heeft wel een poging gedaan om onderscheidende kenmerken te vinden, maar dit is nog niet goed gelukt. Ik denk vooralsnog dat zo'n bezoek als er nog weinig aan de hand is, zonder uitleg aardig wat onrust kan opleveren. Niet doen dus. Uiteraard wel als er een duidelijke indicatie is.
Een andere screening betreft ouderen op cognitieve stoornis. Overal wordt gestimuleerd om dat preventief te doen .Met vragenlijsten worden ouderen te lijf gegaan. Het zou goed zijn om zo vroegtijdig mogelijk zorg te laten aansluiten. De evt. behandeling zou effectiever zijn, maar bewijs is hiervoor nog niet gevonden. Niet doen dus. Als er klachten zijn, moet er diagnostiek gedaan worden, en dat is geen screening.
Wetenschap (2)
Er is weer veel "gedoe" met de wetenschap, als je regelmatig de opiniebladen leest. We hadden de verhalen van verstrengeling van belangen tussen wetenschap en de farmaceutische industrie zo'n beetje gehad, en ook het publiceren van niet bestaande getallen. Nu viel mijn oog op een artikel: "Medische wetenschap is vooral carrièrespel". Het blijkt dat onder invloed van geld en druk, vaak niet zozeer naar de gebruikswaarde en wetenschappelijke waarde van een onderzoek gekeken wordt, maar naar datgene wat het oplevert. Voor de hoogleraar levert het eer op en budget voor zijn afdeling, als hij voldoet aan een bekend stramien (binnen zijn universiteit heersend kader). Voor de promovendus budget voor verder onderzoek als dat nodig is. Voor de Universiteit aanzien. Vaak is dit gehele spel niet goed te doorzien door de promovendus. Het schijnt zo wel gemakkelijker te komen tot minder goede dissertaties. Niet alleen de kwaliteit van de onderwerpen, maar ook de wetenschappelijke onderbouwing zou er onder te lijden hebben. Er is nu zelfs een club opgericht: "Science in transition", die naar objectievere maatstaven wil en beter toezicht, met name in de medische sector. Ik ben benieuwd hoe het allemaal zal uitpakken.